Zwartoogbonen

Zwartoogbonen
Het van oorsprong Afrikaanse zwartoogboontje. 

Ze zijn van ver gekomen, deze bonen met een zwart oog. Gedomesticeerd werden ze millennia geleden in West Afrika, volgens de laatste wetenschappelijke inzichten in wat nú Nigeria heet. De officiële naam in het Latijn is Vigna Unguicalata. De wilde versie is wat kleiner dan die wij nu kopen kunnen. We eten hem misschien wel te weinig. In Europa is het een beetje een vergeten boon. Ik beperk me in dit blog vooral tot Europa. Er is nog een heel Amerikaans en Caribisch verhaal aan toe te voegen. Later een keer. Maar nu Europa en de weg daarnaartoe, vanwege dit schilderij.

De boneneter van Annibale Carracci (* Bologna 1560 † 1609 Rome) geschilderd tussen 1580 en 1590. Palazzo Colonna, Rome

Op het schilderij ‘De Boneneter’ van de Italiaan Annibale Carracci, dat eind 16de eeuw tot stand kwam, zie je dat het een geliefde schotel was voor de hongerige reiziger of landman. Hier geserveerd met brood, lente-uitjes en spek. Daarbij een glaasje lichtrode wijn uit een schitterende kan, zoals die rond die tijd in Montelupo, niet ver ten zuidwesten van Florence, werden vervaardigd.

Dit Afrikaanse boontje werd al vóór 2500 BCE gedomesticeerd en tweeduizend jaar later was het een populair gewas in Afrika, het Middellandse zeegebied, India en Zuidoost Azië. Met de Portugese en Spaanse kolonisten zal het boontje Zuid-, Midden- en Noord-Amerika en de Caribische eilanden veroveren. Het past zich nogal gemakkelijk aan lokale omstandigheden aan.

Weten we iets over deze boontjes uit de (kook-)literatuur? Het mooiste citaat komt uit de Babylonsiche Talmud (500 CE) want het blijkt dat ze zelfs bij het traditionele eten rond het Joodse Nieuwjaar horen. In het Aramees heet deze boon rubiya. Dit citaat uit b. Keritot.6a hoort erbij: ‘Abaaye sprak: ‘men moet aan het begin van het jaar eten een pompoen, zwartoogbonen, prei, bieten en dadels’. Dat rubiyawordt ook vertaald met fenegriek, maar ik vind bonen wel zo logisch.

De gedomesticeerde zwartoogboon is trouwens al aangetroffen in de Egyptische koningsgraven (5de dynastie, ca 2500 BCE), ze werden geïdentificeerd door de 19de-eeuwse Duitse botanicus Georg August Schweinfurth. Volgens de Griekse schrijver en historicus Plutarchus (eerste en begin tweede eeuw van onze jaartelling) brachten de priesters een bonenoffer aan de goden in de maand Mesore (onze augustus/september), de priesters aten die tijd dan juist géén bonen/ Rituelen, u kent dat. Dat verbod op het eten van bonen duikt ook op in de Naturalis Historia van Plinius, maar om welke bonen het gaat is niet duidelijk. Ook niet bij Vergilius’ Georgica, die het woord phaselum gebruikt, het algemene woord voor ‘boon’, maar volgens Ken Albala (Beans, pagina117 ev, 2007) vooral gebruikt voor de zwartoogboon, omdat dit de meest voorkomende bonenteelt was rond de Middellandse Zee in die tijd. En dat zal lang zo blijven, kijk maar naar het schilderij van Annibale Carracci. Het lastige qua naamgeving is dat het phaselum of phaseolum vrolijk óók gebruikt gaat worden voor de Amerikaanse importbonen. Dat maakt het lastig om de literatuur te duiden, vooral omdat de groeiwijze vergelijkbaar is: lange klimbonen met groen blad en lange peulen waarin de bonen groeien.

Deze lange peulen vol met bonen uit de Tacuinum Sanitatis (ca 1400) moeten wel zwartoogbonen zijn. 

In Europa lijkt een stille omslag van zwartoogbonen naar de Amerikaanse bonen (Phaseolus vulgaris) dus lastig te dateren tot nu toe. Ik duik dus even de tiende eeuw in, het kookboek van Ibn Sayyar al-Warraq, dat bewerkt is door Nawal Nasrallah, ik heb een editie van 2010. De bewuste bonen staan te boek als lubya (algemeen bonen). Naar die laatste ga ik op zoek. Ze worden in een document uit de 12deeeuw omschreven als voorzien van een ‘oog’ (ayn) door de botanicus Ibn al-Baytar. (NB Het woord lubya en het hierboven genoemde Aramese rubiyaligt taalkundig en qua klank niet zo ver uiteen, maar dat terzijde). Waarom dit 'uitstapje'? De Arabieren hebben de landbouw en de keuken op het Iberisch schiereiland tussen 800 en 1492 grondig hervormd. Ook in Italië zijn de invloeden duidelijk merkbaar - bijvoorbeeld op Sicilië.  Heel Europa heeft van die hervorming een prettige tik meegekregen, om het even heel kort samen te vatten. Ik verwacht daar dus zeker ook professioneel geteelde zwartoogbonen. En kijk, plaatje in de Tacuinum Sanitatis.  

Er zijn verschillende recepten voor schotels waarin de lubya meestoven – zoals op pagina 373 (foto) -, maar vaak met een toevoeging die aangeeft dat het om andere bonen gaat dan de zwartoog: zwart, wit, rood, soja. Vaker witte of rode bonen, dan de ‘gewone’ zwartoogboon. Verwarrend, qua datering.

Recept (ten dele) uit The Annals of the Caliphs Kitchen, Nawal Nasrallah, 2010. 

Moeten we ons dus afvragen of in de Verstandige Kok en de Verstandige Hovenier bij ‘Turkse of Klimbonen’ gesproken wordt over de ‘nieuwe’ importbonen uit de Amerika’s of over de ‘eeuwenoude’ importbonen uit Afrika? Of alles door elkaar? Wie het weet mag het zeggen. Het wordt een vervolgverhaal vrees ik.

Zelf aan de slag?  https://www.vreeken.nl/040350-zwartoogboontjes-italia-dell-occhio-black-eyed-pea

En Ken Albala, Beans, a history,  p. 119.

Bronnen:

Ken Albala, Beans, a History, 2007

Nawal Nasrallah, Annals of the Caliphs’Kitchens. Ibn Sayyar al-Warraq’s 10th century Baghdadi Cookbook, 2010

https://horizon.documentation.ird.fr/exl-doc/pleins_textes/divers21-02/010017270.pdf?fbclid=IwAR3gq5jqYyqv24muLpZ00wefRSAoby3lyzudweyHnRMpUsaTLSClZj6joKs

https://www.nal.usda.gov/exhibits/ipd/carver/items/show/43?fbclid=IwAR0lm_ji2Hn3krLYHtbmUFfoFU6m0DLeE9QlEbU6US8qhGuS_FIYzHuI_U4

https://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1002/leg3.57

https://www.researchgate.net/figure/Words-denoting-lentil-pea-and-field-bean-in-the-modern-Indo-European-languages-of-Europe_fig19_230844045

https://de.wikipedia.org/wiki/Georg_Schweinfurth