Granaatappel: voedzaam en vruchtbaar
Je struikelt bijna over de granaatappels in de tentoonstelling gewijd aan Paestum in het Rijksmuseum van Oudheden. Gauw gaan kijken hoor, want het is een leuke, informatieve én vermakelijke expo. Althans, wie op eten let, zoals ik, zal die granaatappels op verschillende manieren tegenkomen. De voedselhistoricus wil meer weten natuurlijk.
De stad – aanvankelijk getooid met de naam Poseidonia – was een Griekse kolonie in de Baai van Salerno in Zuid-Italië. Vernoemd naar de god van de zee Poseidon, gesticht rond 600 voor onze jaartelling. Ze bouwden er veel tempels, onder meer voor Hera, Athene en Aphrodite. De slimme Grieken stichtten deze stad op een vruchtbare vlakte aan een goed toegankelijke baai. Landbouw en scheepvaart zorgden voor welvaart. Rond 420 voor onze jaartelling nemen de Lucaniërs de macht van de Grieken over, en in 273 BCE kwamen de Romeinen aan de macht die de stad van de naam Paestum voorzien. Eeuwen waarin er veel verandert en ook veel hetzelfde blijft. Zoals het vereren van de godinnen en de granaatappels. Die lijken uit de tuinen en boomgaarden te verdwijnen na het verval van de stad. Debet aan het verval zijn de malariamuskieten – de vlakte verandert in een moeras – en plunderende piraten.
Gelukkig is er nog (of is het weer?) een granaatappelboomgaard in de omgeving van Paestum, in de regio Mattine. Behalve 1200 granaatappelbomen heeft de familie olijven, abrikozen en vijgenbomen. Sinds 2016 werkt de boerderij geheel biologisch. http://www.aziendaagricolailmelograno.it/farm.html
Herkomst
Op zoek naar de ‘roots’ van de granaatappel gaan we een stuk of zes millenia terug in de tijd. Vijgen, wijnstokken, en granaatappels waren zo ongeveer de eerste vruchten die de mens ging aanplanten zo rond de Eufraat en de Tigris. De wilde granaatappel is te vinden in het huidige Iran en in Jemen.
Vandaaruit verspreidde men boom of struik naar de landen rond de Middellandse zee, waar het nu Egypte, Turkije, Noord-Afrika, Spanje, Griekenland, Zuid-Afrika heet. Het verhaal wil dat de Romeinen de granaatappel naar Italië brachten, maar vermoedelijk waren de Grieken met hun kolonie-steden hen voor, wanneer we naar de geschiedenis van Paestum kijken.
De Romeinse militair en geschiedschrijver Plinius schrijft over de herkomst van de granaatappel in hoofdstuk XIX van zijn boek Naturalis Historia.
In de regio Cyrenaica in Afrika is de granaatappel belangrijker dan de lotus. Want de granaatappel heeft meer twijgen en takken en rodere vruchten dan de lotus. (…) De vrucht is heerlijk op zichzelf, maar nog smakelijker met wijn. Het sap geeft de wijn zelfs een betere smaak. Maar de omgeving van Carthago brengt echt de granaatappel voort, ze hebben meerdere rassen, waaronder de Apyrinon die zoeter is en met zachtere vliezen tussen de pitten, die niet zo bitter zijn als bij de anderen. Er zijn eigenlijk vijf soorten granaatappel die zulke korrels of pitten hebben. Zoet, zuur, wat ertussenin, wat steviger van smaak en met wijnsmaak.
(hier meer over Plinius : https://historiek.net/plinius-de-oudere-en-zijn-naturalis-historia/153234/)
De granaatappelboom kan overigens goed tegen hoge temperaturen, is rijk aan vitaminen en mineralen en het sap is een aangename dorstlesser. Een eigenschap die door leerlooiers gewaardeerd wordt is de mate waarin het zuur huiden soepel maakt. Die eigenschap wordt trouwens ook in de keuken gewaardeerd. Mijn ouders brachten gedroogde granaatappelpitten mee – in de vliezen – uit Iran en Saudi Arabië. Daarmee werd het vlees zacht en smaakvol. Dat was al bekend aan het hof van de Sassaniden, waar de vorst Balash aan het eind van de 5de eeuw gezouten lamsvlees met granaatappelsap en eieren op smaak liet brengen. Ook combineerden ze granaatappelpitten met rozenwater.
Rijk aan vitamine C, en met een prettige hoeveelheid A, E, B1, B2, B6 en B9, de antioxidanten, sporenelementen van mangaan, koper en zink, en voorzien van mineralen als kalium, calcium en magnesium verdwijnt zo’n vrucht dan al gauw naar de medicijnkast.
En nu de granaatappels van Paestum in plaatjes. Omdat ze zo leuk zijn.
Er valt natuurlijk nog veel meer te vertellen. Maar nu even niet. Er is ook een fijne catalogus waar het hele verhaal van Paestum ordentelijk bij elkaar staat.
Hier meer over de tentoonstelling in het Rijksmuseum van Oudheden: https://www.rmo.nl/tentoonstellingen/tijdelijke-tentoonstellingen/paestum/ nog te zien tot en met 25 augustus.